We beleven allemaal verschillende dingen, hebben allemaal verschillende ervaringen. De kern van deze ervaringen is echter hetzelfde. Iemand kan een medaille winnen met voetballen, schaatsen of schaken. Het gevoel van het winnen van een medaille is hetzelfde, zou je kunnen zeggen. Daarmee ben je nog niet bij de kern. Achter het winnen van een medaille, veel dieper dus, zit misschien het gevoel iets bereikt te hebben na hard werken en vele opofferingen, of het gevoel iets bereikt te hebben wat je ooit dacht nooit te kunnen bereiken. Dit gevoel kan je ook op andere manieren herkennen of beleven. Bijvoorbeeld als je kind een diploma haalt op school, als je na een lange revalidatieperiode weer kunt kan lopen of als je iemand ondersteunt in een moeilijke periode en haar of hem weer ziet lachen. Je hoeft niet perse een medaille te winnen om het gevoel van iets bereikt te hebben te ervaren (er is trouwens niets mis mee met het winnen van een medaille). De kern van een ervaring is vaak hetzelfde als andere ervaringen. Op dezelfde manier kan je over liefde of angst spreken. De kern van mijn ervaringen zijn misschien helemaal niet anders dan de kern van jouw ervaringen of van wie dan ook. Hierin, zou je kunnen zeggen, zijn wij allemaal gelijk.
Het wij-gevoel
Een uitdaging is om jouw wij-gevoel te vergroten. Dit is niet zo moeilijk. Kijk maar wat er gebeurt als jouw land kampioen wordt met bijvoorbeeld voetballen. “We zijn kampioen”, wordt er dan geroepen. Aan de euforie die er dan ontstaat kan je moeilijk ontkomen. Het wij-gevoel ontstaat dan makkelijk maar blijft niet hangen. Dit komt denk ik omdat we grenzen trekken en vaak naar de verschillen kijken. Als de kern van mijn ervaringen niet anders is dan bij anderen dan zal de kern van mijn mens-zijn ook niet anders zijn. Dus laten we ervaringen met elkaar delen. Laten we naar elkaar luisteren. Alleen zo hoor je, voel je en beleef je de ervaring van een andere en verbaas je dan niet als je dan het wij-gevoel ervaart.